VERENIGING VOOR VLAAMSE EN NEDERLANDSE CULTUUR

Všechny články

Peter Konsel voor het Jaarboek NE-BE 2020

Met auteur en vertalers naar Trhové Sviny. Een uitstapje naar Zuid-Bohemen



Bij het Zuid-Boheemse stadje Trhové Sviny, de geboorteplaats van Emil Hácha, de derde Tsjechoslovaakse president, staat een betoverend bedevaartkerkje, gewijd aan de H. Drievuldigheid. Over dit kerkje heeft Peter Konsel, gekend voor zijn niet onverdienstelijke kultuurhistorische artikels en uitstapjes, al in 2010 een gidsje geschreven. Het is nu vertaald door Lenka Strnadová en Ruben Pellar. Auteur en vertalers wilden ter kontrole de kerk nog even bezoeken. Ik vergezelde hen op 16 september anno coronaviri.

Trhové Sviny, bedevaartkerk van de H. Drievuldigheid, aanvang 18de eeuw
(Foto: Bart Van Bambost, 2010)

Kerk en omringende ambitus vormen een gesloten complex, dat harmonisch is geplaatst in een glooiend landschap. Het geheel is een voorbeeld van sakrale barokke landschapsarchitektuur. De werking van de architektuur – niet in het minst verleend door de bekoorlijke lantaarntjes met uivormige spitsen – is zeer sterk en verleent het geheel een speelse lichtheid. Zowat alles hier heeft te maken met de symbolische getallen drie en één: plattegrond, drie ronde en drie rechte apsiden, drie poorten, driehoekige vensters, driehoekige frontons, enz en één centrale koepel met spits.

In het boekje – goed geschreven en interessant – verhaalt de auteur de geschiedenis van het bedevaartoord, hij beschrijft de plek en kerk met ambitus, heeft het over de symboliek en stelt de vraag of we hier te maken hebben met een oude kultusplaats. Was de genius loci hier een lichtgeest of een water-, boom- of steengeest?

"Een bedevaart is in vele kulturen en religies en in alle tijden de tocht naar en het bezoek aan een kultusplaats waar een aan die plaats verbonden godheid, een heilige of een kultusobjekt wordt vereerd. Op bepaalde plaatsen staat god dichter bij de mens, daar heeft hij – zo lijkt het – een teken gegeven. Dikwijls is die plaats een grot, een bron, een boom, een bos, een steen (rots), een berg of de vereringsplaats van een heilige, zijn graf bijvoorbeeld. En meestal bevindt er zich een voorwerp (beeldje, schilderij, relikwie enz.) waarvan men gelooft dat het kracht en bescherming biedt. De pelgrim richt zich voor bescherming tegen onheil en tegenspoed ofwel tot de godheid zelf, hier als drievuldigheid, of tot Maria of een heilige opdat ze voorspraak zouden doen bij god voor genezing van ziekte, een goede oogst, verbetering van het eigen ellendig bestaan." (Uit het gidsje)

Nabij de kerk staat een kapelletje boven een bron, waarvan het water wondere kracht zou bezitten. We hebben er allemaal gulzig van gedronken.

Trhové Sviny, kappelletje bij de bedevaartkerk van de H. Drievuldigheid
(Foto: Lenka Strnadová)

In het nabije Keblany, in een donker bos, bezit Ruben, de voorzitter van Ne-Be, samen met zijn broers een oude watermolen. En die wilden we wel even zien. Niet de broers, de molen. De auto´s lieten we achter op het dorpspleintje en gesterkt (en beschermd) door het wondere bronwater begonnen we aan een kilometerlange tocht door een luguber duister sparrenbos. Op 200 meter van het dorp, al in het bos, staat een goed onderhouden kapelletje op de scheiding van de mensenwereld en die van de boze geesten. Het kapelletje is een apotropaion, het weert het kwade en beschermt dorp, mensen en vee. In het bos hoort men geen geruis, geen geritsel, geen vogels, er heerst een dreigende stilte, die hoe langer men er verblijft aan kracht toeneemt. En ontelbare ogen volgden ons. Moleneigenaar Ruben, breedgeschouderd en wat verwilderd, noemt dat allemaal romantische natuurbeleving. De drie huiverende dames waren in ieder geval blij dat ik, breedgeschouderd en verzorgd, was meegegaan.

Molen bij de Keblany-beek (Foto: Lenka Strnadová)

En dan was er plots de watermolen, eentje uit de goede oude tijd van de Oostenrijks-Hongaarse Monarchie. Ze staat geïsoleerd in het diepe valleitje van de Keblany-beek, Keblanský potok. Er is geen waterleiding, geen gas, geen elektriciteit. En voorbij elke deur verwacht je Jan Švankmajer, de surrealistische filmmaker, tegen het lijf te lopen. We bezochten er o.a. de bibliotheek met zeldzame oude Penguin zakboekjes, de slaapkamer met zeldzame oude matrassen en de badkamer, waar kabbelend water was. Van de beek trokken we behoedzaam en in stilte weer door het bos naar de mensenwereld. Op het dorpsplein, waar we vanachter vele ramen werden beloerd ("Kijk, ze hebben het overleefd!"), hebben we op een bank voor een kapelletje de riebels van ons afgeschud, de wereld weer een beetje verbeterd en dan zijn we maar naar huis gegaan.

Tenslotte. Een: de molen zou kunnen dienen als vertalerhuis voor vertalers van heel korte kortverhalen. Twee: als je wilt dat geesten weggaan, zeg hen dan dat ze moeten weggaan, dan gaan ze weg.

Opmerking van de redactie: het gidsje verscheen onder de titel TRHOVÉ SVINY, Poutní kostel Nejsvětější Trojice, klenot českého baroka, bij uitgeverij VEDUTA in juni 2022. ISBN  978-80-88030-64-5

Onze partners